Pech onderweg
De vakanties zitten er weer voor een groot deel op. Tijd dus om weer door te gaan met waar we daarvoor mee bezig waren. Maar een terugblik , hoe mooi vele herinneringen vaak zijn, kan ook wel een beetje pijnlijk zijn.
Wanneer je met de auto in Nederland rijdt en het overkomt je – mechanische pech – dan is dat lastig. Maar in het buitenland wordt het soms al een erg moeilijk verhaal, of ronduit dramatisch. Ik spreek uit ervaring. Ook afgelopen vakantie. Dat was in Italië. Gelukkig geen groot malheur, maar toch… daar kom ik zo nog even op terug.
Wel meer dan 45 jaar geleden overkwam het mij op een rit naar de wintersport. De onderste radiatorslang van een nagenoeg nieuwe Mini had het in Duitsland begeven. Vooral lastig omdat dergelijke onderdelen in die tijd voor een Engelse auto niet overal voorradig waren. Ook met een Mini, niet zo lang daarna sukkelde ik min of meer in slaap na een nachtje doorrijden. Dat was op de Gotthard in Zwitserland – aan de Italiaanse kant. Een paaltje aan geraakt de rechterkant van de weg, voorwiel afgebroken, auto onbestuurbaar en we – mijn vrouw zat er bij – kwamen met een forse klap tot stilstand tegen een zware betonnen terrastafel van een restaurant. Dat we daarbij eerst door een heg heen schoten ging zo snel dat je het alleen na afloop terugziet. Gelukkig vroeg in de ochtend, dus geen slachtoffers. Wat blauwe plekken van de veiligheidsgordels dat was alles… en een auto die total loss was.
Politie erbij, met gillende sirene’s afgevoerd naar het bureau, verbaal opgemaakt. De auto kwam op de ANWB trailer thuis.
We werden daar opgehaald door mijn schoonvader die met de familie aan het Lago Maggiore stond. Een hele dikke Austin Westminster. Als garagist en Austin dealer was hij wel wat gewend als het om schade rijden ging. Zijn therapie tegen eventuele rijangst was simpel: “ Jij rijdt nu naar ons vakantieadres”. Het heeft zeker geholpen.
Enkele jaren later motorpech in Frankrijk met een Austin Glider 1300. 13 juli nabij Parijs op de terugweg uit Spanje. Drijfstang door het blok geslagen. Geen repareren aan. Het kostte een hoop gezoek en een flinke dot handgeld om een MG-dealer in de buurt te vinden die bereid was om de ANWB te bellen met uitleg over de technische staat van de auto. Ook hier was het de autotrailer die het wrak thuis bracht. We konden mee met mijn zwager die er met eenzelfde type auto bij was. Let wel op. Mobiele telefoons waren er nog niet. Als tussendoortje hier nog kort iets over een wintersporttripje rond 1980. Op de terugweg, met vier mensen in de auto, in Zuid-Duitsland op een onbesneeuwd maar opgevroren spiegelgladde binnenweg in een bocht rechtdoor. Heel vroeg in de ochtend, het was net licht. Een enorme klap tegen een dorpskroeg waar bruiloftsgasten net naar buiten kwamen. Weer ging het goed. De imperiaal met ski’s werd gelanceerd maar raakte niemand. De auto bonden we letterlijk met touwtjes aan elkaar. Een lekkende radiateur werd ter plekke door een loodgieter provisorisch gedicht. Met een vaartje van 70 á 80 km per uur haalden we ons thuisadres in Nederland.
Even terug naar dit jaar, begin juli.
We waren in het prachtige gebied van De Marken. Slechts een uurtje rijden verwijderd van waar half augustus de aarde schudde. Dat is ons bespaard gebleven. Trouwens, wat ons overkwam viel achteraf best mee. Net daar aangekomen bleef het controlelampje van het motormanagement branden. Het was een vrijdagmiddag. ANWB gebeld en een goed ingewijde op dit gebied en beide zeiden dat het geen kwaad kon, mits er voorzichtig werd gereden. Aan het rijden van de auto was overigens niets afwijkends te merken. De grote Mercedes-Benz dealer in Pesaro waar we naar toe reden – 35 km verderop – heeft het netjes opgelost. Het was slechts een slangetje dat naar de massalucht meter loopt en dat was losgeschoten. Zoiets geeft een mismeting aan een sensor en dan gaat het lampje branden. Dat lampje hoort normaliter uit te gaan zodra de auto na het starten loopt. Dat bleef echter branden, dus vandaar. De rekening was van een ouderwets tarief. Voor € 40,12 waren we uit de brand. Maar voor we zover waren was het nog even ouderwets lachen als een boer met kiespijn. Om het euvel te laten zien startte ik ter plekke de auto en u raadt het al…. Het lampje ging uit. Ik legde met handen en voeten uit dat dit net zoiets was als bij de tandarts. Je meld je met pijn en in de stoel is het min of meer weg en kan je niet aanwijzen waar het zeer doet, of deed liever gezegd.
De auto heeft zijn grote beurt inmiddels weer gehad en is – naar men zegt – nog in prima conditie. Dus op dan maar naar de volgende vakantie.
Nico Ramaer