Formeren

Op het moment dat u deze column hoort of leest is de formatie voor een regeringscoalitie in Nederland zo’n drie maanden gaande. Of eigenlijk ‘niet gaande’ want veel schot zit er niet in. Dat was al aan het begin van de besprekingen voorspeld. Een op het onderwerp “regering formeren” gepromoveerde universiteitsdocente uit Amsterdam, gaf aan dat ‘t begin augustus wel gepiept zou zijn. Zij voorspelde dat VVD, CDA en D66 met GroenLinks zouden starten, dat GroenLinks de bottleneck zou zijn en dat daarna met de ChristenUnie – als vervanger van GL – de klus rond zou zijn. Wellicht had deze mevrouw de standpunten van D66 en ChristenUnie op het punt ‘levensbeëindiging’ toch iets te flexibel ingeschat.

Wat mij opvalt is dat verstand van motortechniek in deze formeerperiode wel een pré is. Want je moet sowieso weten wat een motorblok is. Nou, dat is die grote klomp metaal onder de motorkap in je auto die vandaag de dag door alle afdekplaten niet al te zichtbaar meer is. En daarin zitten de cilinders. In veel gevallen vier stuks. De vijfcilinder is inmiddels vrij exclusief geworden. Meer kan ook, maar dat is in ‘formeerverband’ praktisch onbelangrijk. Wat nog niet naar buiten is gekomen, is het motorblok met cilinderuitschakeling. Bij viercilinders zijn dat, uitgaande van een zogeheten lijnmotor, dan de twee middelste. Daarbij liggen de cilinders op een rij, en kan de balans worden bewaard door de middelste twee of eventueel twee buitenste cilinders niet mee te laten doen. Of dit bij een vijfcilinder ook mogelijk is weet ik niet. In theorie zou één cilinder – bijvoorbeeld de middelste – kunnen worden uitgeschakeld; of de twee buitenste of de tweede en de vierde. Dit soort motorblokken zouden politiek een uitkomst kunnen zijn. Bij onoverbrugbare standpunten even de ‘moeilijke’ cilinder of cilinders uitzetten en het motortje draait ongestoord door. Kunnen SGP en ChristenUnie gewoon meedoen met VVD, CDA en D66. Driecilinders worden steeds populairder maar zijn in formatieverband niet aan de orde. Al met al lijkt de Bovag eerder een aangewezen instantie om als formateur op te treden, dan een politicus.

Maar goed, ook al zouden VVD, CDA en PVV samen willen werken – gezien hun dicht bij elkaar liggende programma’s helemaal zo gek nog niet, maar een cordon sanitaire komt nu eenmaal lekker correct over – er is altijd een vierde partij nodig om aan 75+ te komen. Ach, meneer Tjeenk Willink heeft gewoon een leuke betaalde klus. Who cares?

Na de gemeenteraadsverkiezingen begin 2018 in Woerden zal dit alles een fluitje van een cent zijn. Althans, zoveel valt te begrijpen uit het op 23 februari jl. door de gehele gemeenteraad ondertekende bestuursakkoord, dat uniek genoemd werd. Tot aan de gemeenteraadsverkiezingen – dus een periode van ongeveer een jaar – is er op hoofdlijnen overeenstemming over hoe de gemeente Woerden bestuurd moet worden. Dus coalitie en oppositie gaan gearmd en eensgezind op naar de verkiezingen. Dat worden nog ingewikkelde campagnes. Waarbij partij x roept, dat het ze spijt dat ze qua verkeersmaatregelen nu nog even pas op de plaats moeten maken, maar na afloop van het akkoord de foute cross in de straten van Woerden nog te tam vinden. Of partij y die nu de lippen nog stuk bijt over de afspraken rond het crematorium op Rijnhof maar in de nieuwe ‘regeerperiode’ de lijken desnoods zelf op vuurkorven in de omgeving van Geestdorp gaat verbranden. M.a.w., hoe geloofwaardig ben je met je verkiezingsstandpunten wanneer die van de ene op de andere dag totaal veranderen?
Een raadslid van Sterk Woerden gaf mij enige tijd terug desgevraagd als antwoord op mijn visie “dat ik er niets van heb begrepen”. Ik vind het pijnlijk om zoiets toe te geven, maar ik ben bang dat hij volledig gelijk heeft. Ik snap het echt niet. U wel misschien?

Nico Ramaer