Dans om het elektrische kalf

Dit weekend begint de klimaattop in Glasgow.
Nu de vraag naar energie en grondstoffen door de aantrekkende economie plotseling sterk groeiende is, blijken de Parijs-afspraken van zes jaar geleden vrijwel zeker onhaalbaar. Koren op de molens van Extinction Rebellion, Urgenda en natuurlijk de Greta Thunbergjes van deze wereld.
Er ligt een oproep van o.a. Faiza Oulahsen van Greenpeace om een Europees verbod op fossiele reclame in te voeren.
‘Fossiele bedrijven zijn hoofverantwoordelijk voor de klimaatcrisis’, stelt deze dame. In het verlengde daarvan beschuldigt zij in één adem feitelijk ook alle afnemers daarvan, dus u en mij. Iedere verbruiker van fossiele energie heeft de klimaatcrisis op zijn of haar geweten!
Zij wil fossiele bedrijven ook weg uit de samenleving en publieke ruimte.
Dus houdt u er rekening mee dat alleen lopen of een gewone fiets nog de enige manieren van vervoer zullen zijn. De kachel gaat uit, de stroom wordt afgesloten en douchen doen we koud (áls er al water uit de kraan mag komen).
Koken kan alleen nog op vervuilende houtfornuizen.
Het door Faiza gewenste reclameverbod zal volgens reclamedeskundigen de energie-transitie niet echt versnellen. Sterker nog, die beoogde transitie wordt er door bemoeilijkt volgens de Bond van Adverteerders. Vanzelfsprekend probeert deze organisatie haar ‘eigen handel’ te beschermen, maar feit is dat reclame gedragsverandering en innovatie kan stimuleren.
Zelf heb ik weinig met reclame van Shell want ik ga gewoon tanken waar het voordelig is. Wel is bij mij blijven hangen dat Shell ook actief is met elektrische laadpunten voor auto’s.
Op dit moment zijn er een kleine 140.000 laadpalen in Nederland; 70% daarvan is een privélaadpaal.
Geschat wordt dat er in 2030 ongeveer 1,8 miljoen zijn, dat is bijna 13 x zo veel als nu. Om die aan te leggen moet je natuurlijk wel het juiste personeel hebben. Vorige week vertelde de directeur van Randstad dat het tekort aan personeel in sommige bedrijfstakken ongelofelijk hoog is. Als voorbeeld noemde hij de installatiebranche. Milieu-organisaties en overheden vergroenen op papier dat het een lieve lust is, maar de praktijk is weerbarstig. Als onze huizen allemaal van warmtepompen moeten worden voorzien, duurt dat met het huidige beschikbare, gekwalificeerde personeel 150 jaar.
Dus er moet geïnvesteerd worden in opleidingen, materiaal en salarissen. Investeren is vandaag-de-dag een fluitje van ‘n cent. “Groen” geld ophalen was niet eerder zo simpel, meldde NRC begin deze maand. Beleggers staan te springen om duurzaam te Investeren. ‘Groen’ is nu het nieuwe ‘Vegan’ van een paar jaar geleden.
Pensioenuitvoerders bulken van het geld. Het ABP, het grootste pensioenfonds in Europa, stopt over anderhalf jaar met beleggen in fossiele bedrijven en producten. Binnenkort lacht het groene-geld-geluk ons toe. Het andere grote pensioenfonds PGGM is minder kieskeurig om iets als ‘groen’ te kwalificeren. “Voor vliegen bestaat nu geen duurzaam alternatief, dus dat doen we niet”, zegt een woordvoerder, “maar verduurzaming van luchtvervoer begint bij het vliegveld en dat financieren we wel”. Gelukkig maar, want anders is uw zogenaamde groene pensioen straks nog maar erg weinig waard!

Oké, ‘groene pensioenen’, maar hoe staat het eigenlijk met uw eigen ‘vergroening’? Al zonnepanelen op het dak? Ik heb ze sinds begin juni, en eerlijk is eerlijk, het ging mij vooral om mijn portemonnee. Tot nu toe is de opbrengst uiterst aangenaam en lijkt de terugverdientijd van vier á vijf jaar, korter uit te vallen.
Tien jaar geleden kwam ik uit besparingsoogpunt bij NLE terecht. Dáár geen prachtige verhalen over groene stroom, nee “gewoon voordelig meneer”. Medio juli heb ik mijn energiecontract omgezet. Eneco wilde mij na al die jaren weer terug en kwam telefonisch met een uiterst verleidelijk aanbod, al moest ik me wel voor drie jaar vastleggen. Nu blijkt deze deal nog veel aantrekkelijker dan drie maanden terug.
De dame die afgelopen week op tv was en iets aardigs opzette met besparende douchekoppen voor energie-armoede-lijders is mij zeker sympatiek; zij had die € 400 ondersteuning niet nodig, zei ze.
Ik ben er wél blij mee want van de € 25.000 die ik achtenhalf jaar geleden investeerde in vergaande isolatiemaatregelen aan mijn huis, is nooit één euro aan subsidie teruggekomen, simpelweg omdat die regelingen pas later kwamen; kan de overheid het achteraf toch nog een beetje goedmaken.
Isoleren van je huis en dak, evenals dubbele HR-beglazing en zonnepanelen leveren -zeker op termijn- besparingen op, maar dragen ook wezenlijk bij aan het milieu. Ik beschouw dat laatste als prettige bijvangst.

Je zou zeggen, nu alleen nog overstappen op elektrisch autorijden. Nou, dát gaat ‘m voorlopig niet worden. Die auto’s zijn bezwaarlijk duur.
Een beetje voordelige zit al boven de € 30.000 en een stapje hoger kost zomaar 10 tot 20 duizend euro meer. Richting 5 nullen is ook geen uitzondering. Er zitten wat fiscale voordelen aan, maar er is ook gedoe met ‘hoe ver kom je op één lading’ en het ‘tanken’ aan een laadpaal of laadstation, zeker in het buitenland.
Maar het fanatiek gepredikte milieuvoordeel van een elektrische auto zit zeker de eerste paar jaar of langer, alleen maar tussen je oren.
Helaas vormt de ecologische voetafdruk in die periode een negatieve bijdrage aan het milieu.
Enkele autofabrikanten zijn daar eerlijk in zoals BMW en Polestar (zeg maar Volvo). BMW heeft het over een periode van ongeveer drie jaar en Polestar schat het op een gemiddelde van 100.000 km. Pas ná die periode treedt er een omslagpunt op waarbij zo’n auto het milieu begint te sparen. Vóór die tijd betekenen kostbare en milieubelastende grondstoffen, bijvoorbeeld voor accu’s, extra druk op de bijbehorende footprint in vergelijking met benzine- of dieselauto’s.

Tot slot nog iets belangrijks met het oog op Glasgow. Begin deze week gaf het KNMI een klimaatrapport vrij waarin rekening gehouden wordt met een zeespiegelstijging aan het eind van deze eeuw van 1.20m, waar die eerder op 1.00m werd geschat.
Op dezelfde dag verscheen in NRC een wetenschappelijk artikel over kantelpunten in ecosystemen.
Het is van de hand van hoogleraar ruimtelijke ecologie Max Rietkerk (van de Universiteit Utrecht). Samen met enkele wiskundigen bezag hij zo’n omslagpuntmodel dat rechtstreeks aan het klimaat kan worden gekoppeld.
Een voorbeeld: de savanne droogt uit door overbegrazing, wordt kaal, houdt geen water meer vast en wordt woestijn. Vanuit wetenschappelijk standpunt bezien kan zo’n ecosysteem omslaan naar een nieuwe, ongunstige toestand. De angst bestaat dat die ongunstige toestand onomkeerbaar is en krijgen we klimaatschade. Maar, zo zei de wiskundige, die savanne is een klein homogeen gebied en hij raadde aan om naar een groter gebied in de ruimtelijke context te kijken. En toen zagen hij en Rietkerk géén kantelpunt want het bleek dat de savannebegroeiing zichzelf op grotere schaal organiseert en ook herorganiseert. Dat betekent dat een savanne met een aantal groene plukjes niet noodzakelijk omslaat in een woestijn.
Al twintig jaar geleden had een Amerikaanse collega dergelijke herstelpatronen via luchtfoto’s waargenomen. Ze lagen ongebruikt in een la, maar nu blijken diens waarnemingen een-op-een te passen op het model van Rietkerk.
Als je alles terugbrengt tot klimaat, milieu en groene energie waarbij de elektrische auto toch wel sterk tot de verbeelding spreekt, kan je gerust stellen dat het om een soort (laad)paaldans gaat.
Meer genuanceerd en breder getrokken zou ik spreken van de dans om het elektrische kalf.

Nico Ramaer